De opleiding

Bij de duale master Advanced Nursing Practice (MANP) staat het praktijkleren centraal. Daarnaast zijn er drie met elkaar samenhangende inhoudelijke leerlijnen.

Deze leerlijnen zijn gebaseerd op het competentieprofiel van de verpleegkundig specialist (klinisch incorporeren van medische taken, rolontwikkeling en leiderschap en academische vorming) en de accenten die de HU daarbij legt.

Master Advanced Nursing Practice, tijdens de opleiding

Inhoudelijke samenhang van de Master Advanced Nursing Practice

Tijdens de opleiding zijn 24 uur van je werkweek besteed aan het leren in de praktijk.

Bij aanvang van de opleiding schrijf je een individueel praktijkopleidingsplan, gericht op je specialisme AGZ dan wel GGZ, aandachts- en expertisegebied. Concreet betekent dit dat je opschrijft welke professionele taken of activiteiten je in de praktijk gaat leren en hoe je dat wilt gaan doen. De MANP opleidingen in Nederland werken met de zogenaamde Entrustable Professional Activities, (afgekort EPA’s) voor de praktijkopleiding. EPA’s zijn professionele taken of activiteiten en deze zijn de ruggengraat van je individuele praktijkopleidingsplan.

Op basis van het beroepsprofiel (V&VN, 2019) is vastgesteld dat je de volgende vijf kern taken/activiteiten of anders gezegd Kern EPA’s leert:

  • Kern EPA 1: (Aanvullende) diagnose stellen ten aanzien van …
  • Kern EPA 2: Behandelen van …
  • Kern EPA 3: Regie voeren ten aanzien van …
  • Kern EPA 4: AGZ: Ondersteunen zelfmanagement van …
    Kern EPA 4: GGZ: Ondersteunen empowerment en herstel van …
  • Kern EPA 5: Kwaliteit bevorderen van …

De klinische leerlijn gaat over de verpleegkundige specialistische behandelrelatie. De focus op deze leerlijn ligt in het eerste jaar op drie modules: Anamnese, Lichamelijk en Psychiatrisch Onderzoek en Diagnostiek (APLO), Farmacotherapie (FACO) en Klinisch Redeneren (KR). In het tweede jaar verschuift de focus zich verder naar de patiëntengroep (preventie).

Uitleg van de modules

  • In de module APLO worden algemene onderzoeksvaardigheden geleerd en getoetst, bijvoorbeeld het luisteren naar het hart of de longen en algemeen psychiatrisch onderzoek.
  • Bij de module FACO gaat het om farmacotherapeutische behandeling waarbij je als student uiteindelijk moeten laten zien dat je met je kennis van farmacotherapie zelfstandig kunt voor- en afschrijven.
  • Bij de module KR leer je aan de hand van casuïstiek je redenatie en afwegingen te expliciteren over differentiaal diagnostiek en het kiezen van de juiste behandeling. Je leert bewust afwegingen te maken en krijgt zicht op de kloof tussen aanwezige en noodzakelijke kennis.

Bij de strategische leerlijn verschuift het perspectief naar een hoger niveau. Je kijkt met een analytische blik naar de zorg en je eigen rol erin, en kijkt hoe je deze kunt verbeteren vanuit het oogpunt van doelmatigheid en doeltreffendheid.

Dit doe je met de modules Rolontwikkeling en Leiderschap, Deskundigheidsbevordering (DESK), Kwaliteit van Zorg (KWAL) en Ontwerpgericht Onderzoek (OGO) voor het gedeelte strategie, beleid en innovatiemanagement.

Uitleg van de modules

  • De module Persoonlijk effectiviteit (Rolontwikkeling en Leiderschap) bestaat uit een groot aantal onderdelen. Deze staan deels op zichzelf en deels hangen ze samen met andere onderdelen van deze module of van andere modules (bijvoorbeeld praktijkleren). Alle onderdelen dragen bij in de rolverwerving tot verpleegkundig specialist.
    • Een belangrijk onderdeel is Reflectieve Praktijkvoering (RP). Dit wordt vanaf het einde van het eerste jaar tot de afronding van de tweejarige opleiding gegeven. Hierin heb je als verpleegkundig specialist de gelegenheid om te reflecteren op je rolontwikkeling als VS en het ontwikkelen van leiderschap. Onder RP valt alles samen: rolverwerving, leiderschap, organisatiesensitiviteit en doelgerichtheid.
    • Andere lessen en trainingen binnen PE gaan over leerstijlen en kwaliteitskwadranten, moreel redeneren, wetenschappelijk schrijven, gedragsbeïnvloeding, socratische gespreksvoering, leiderschap, het zoeken in databanken en onderhandelen.
    • Ook een internationale oriëntatie op de ontwikkeling van Master Advances Nursing Practice maakt onderdeel uit van deze module. 
  • Bij de module Kwaliteit van Zorg kijk je vanuit verschillende invalshoeken naar vragen als ‘wat is kwaliteit van zorg’ en ‘hoe heb jij als verpleegkundig specialist invloed’. Het doel van deze module is dat je kritisch naar de kwaliteit van zorg kunt kijken en hierover een mening op papier kunt zetten. Het gaat erom dat je inzicht hebt in wat kwaliteit van zorg bepaalt en welk aandeel de VS hierin heeft.
  • In de lessen innovatiemanagement leer je hoe je als VS een bijdrage kunt leveren aan de innovatie van de zorg. Er wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling van competenties op een drietal fronten:
    • het Innovatiebeleid en vermogen van de organisatie,
    • het ontwerpen van zorginnovaties,
    • het implementeren van zorginnovaties.

Deze competenties hangen nauw samen. Ontwerpen van zorginnovaties zonder een achterliggende visie en beleid is tot mislukken gedoemd. Het ontwerpen van innovaties zonder dat de implementatie ervan succesvol is, is eveneens verspilde tijd en energie.

In de kritisch analytische leerlijn ontwikkel je je onderzoekend vermogen op masterniveau. Hierbij staan drie sleutelbegrippen centraal: verantwoorden, onderbouwen en vernieuwen.

De leerlijn omvat de modules Methode en Technieken van Onderzoek (MTO), Evidence Based Practice (EBP), Preventie/Praktijk Gericht Onderzoek (PGO) en Ontwerp Gericht Onderzoek (OGO). De modules zijn zo georganiseerd dat de kennis en vaardigheden verworven in de ene module, voorbereiden op de volgende module.

Uitleg van de modules

  • Bij de (eerste) module MTO gaat het met name om het ontwikkelen van kennis, inzichten en competenties, gericht op lezen en interpreteren van resultaten uit wetenschappelijke onderzoeken die relevant zijn voor de eigen beroepspraktijk.

  • Tijdens de EBP-module verdiep je je in het zoeken naar evidence in de wetenschappelijke literatuur. Uitgangspunt hierbij is een patiëntprobleem uit de praktijk van de verpleegkundig specialist. Je doet een literatuurstudie naar effectieve interventies voor het geformuleerde patiëntprobleem. In een casestudie onderzoek je vervolgens de toepasbaarheid van de deze interventies voor de specifieke patiënt in zijn eigen context.

  • In het tweede studiejaar werk je aan je masterthesis. Dit doe je aan de hand van een ontwerpgericht onderzoek (OGO). Een ontwerpgericht onderzoek is een bijzondere toepassing van praktijkgericht onderzoek. Het richt zich op het ontwikkelen van oplossingen voor veldproblemen en het realiseren van nieuwe mogelijkheden. Met een OGO laat je als verpleegkundig specialist zien dat je beschikt over het onderzoekend vermogen om te kunnen omgaan met complexe praktijkproblemen waarvoor een innovatieve oplossing nodig is.

Naast het onderzoekend vermogen wordt in deze leerlijn geleidelijk meer inzicht en kennis ontwikkeld over concepten zoals zelfmanagement, transitie of patiënt centered care. In het eerste jaar koppel je deze inzichten aan je eigen praktijk; in het tweede jaar leer je ze systematisch toe te passen.

De Advanced Nursing Practice docenten

Onze docenten hebben hun sporen verdiend in de praktijk en de academische wereld. Het zijn professionals met veel praktijkervaring. Een aantal is nationaal en/of internationaal opinieleider op zijn of haar vakgebied.

Riet van Dommelen, opleidingsmanager en hoofdopleider Master Advanced Nursing Practice

Riet van Dommelen

Opleidingsmanager en hoofdopleider Master Advanced Nursing Practice

Riet van Dommelen is een enthousiaste innovator en netwerker. Ze werkte jarenlang als sociaal-psychiatrisch verpleegkundige, studeerde politicologie en organisatiekunde en is geregistreerd supervisor en coach. Riet is vanaf het begin betrokken geweest bij de ontwikkeling van de Master Advanced Nursing Practice en bij het beroep verpleegkundig specialist.

Tijdens de opleiding kom je Riet tegen als hoofdopleider, supervisor en docent op thema’s die te maken hebben met strategie, leiderschap, internationalisering en vraagstukken rondom de beroepsontwikkeling.
Mariël Kanne

Mariël Kanne

Mariël Kanne werkte na haar studie theologie/filosofie o.a. als docent ethiek en coördinator van de deeltijdopleiding aan de HBO-V van de HU en als organisatieadviseur met aandachtsgebied ethiek in veel Nederlandse zorgorganisaties. Vanaf 2008 is ze verbonden aan de MANP-opleiding als docent en daarnaast werkt ze als onderzoeker bij het Kenniscentrum Sociale Innovatie van de HU.

 Ze is covoorzitter van de Ethische Commissie Sociaal Domein en instituutsvertegenwoordiger in de Ethische Commissie Gezondheids Domein van de HU. In 2016 promoveerde zij op een onderzoek naar de betekenis van moreel beraad in de zorg en het sociaal werk.

Tijdens de opleiding kom je Mariël tegen bij de vakken ethiek & kritisch denken, en/of als supervisor.

Dummy foto

Ilse van Haren

Coördinator en docent klinische leerlijn Master Advanced Nursing Practice

Direct na afronding van de Master Advanced Nursing Practice in 2003 is Ilse, naast haar werk als verpleegkundig specialist met deskundigheidsgebied kindergeneeskunde, gestart als Hogeschool docent. Zij richt zich met grote passie op de klinische vakken binnen de opleiding en heeft mede de fundamenten gelegd voor de modules farmacotherapie, anamnese & lichamelijk onderzoek en klinisch redeneren.

Zij zoekt in haar rol als coördinator van de klinische leerlijn, studiecoach en als voorzitter van de alumnivereniging steeds naar mogelijkheden om connectie van theorie en praktijk tijdens en na de Master Advanced Nursing Practice te optimaliseren. Het begeleiden van studenten bij het ontwerpen van hun masterthesis ervaart zij elk jaar weer als een belevenis.
Sanne Wassink Vossen

Sanne Wassink-Vossen

Docent

Dr. Sanne Wassink-Vossen is naast docent aan de Manp opleiding, werkzaam als verpleegkundig specialist GGZ en beleidsprofessional bij GGNet Ouderen, Expertisecentrum ouderenpsychiatrie. Zij promoveerde eind 2020 op het onderwerp 'fysieke activiteit en functioneel herstel bij ouderen met een depressie'.

Onderwerpen die haar interesse hebben zijn functioneel herstel en netwerkzorg.
Tijdens de opleiding kom je Sanne tegen als docent bij de vakken evidence based practice en kwaliteit van zorg, als begeleider bij het ontwerp gerichte onderzoek en als studiecoach.
Mathilde Bos

Mathilde Bos

Docent

Mathilde is Verplegingswetenschapper en werkte als wijkverpleegkundige in de wijk Lombok in Utrecht. Naast haar functie als docent werkt ze als trainer voor het Korsakov Kenniscentrum en als (inval)verpleegkundige op de Paaz van het Antoniusziekenhuis. Binnen de MANP is ze supervisor, studiecoach en afstudeerbegeleider. Ook coördineert ze de module Persoonlijke Effectiviteit.

Publicaties van haar hand kan je vinden onder mathildebos.nl.

Meer weten over deze opleiding?

Tijdens een duale opleiding leer en werk je tegelijkertijd. Naast je opleiding heb je een betaalde functie in een organisatie die aansluit bij jouw opleiding. Je doet werkervaring op, voert studieopdrachten uit op je leerwerkplek en kunt alles wat je leert meteen in de praktijk toepassen.

De studiebelasting is minimaal 36 uur per week, verdeeld over drie onderdelen:

  • 12 uur lesdag en voorbereiding
  • 12 uur praktijkleren
  • 12 uur oplopende productie als vios (verpleegkundige in opleiding tot verpleegkundig specialist)

De opleiding werkt met het action learning-principe. Op je werkplek werk je samen met je mentor/praktijkopleider volgens het meester-gezel-model. En wat je tijdens de lesdagen leert, breng je direct in de praktijk met een concrete opdracht op je werkplek.

Voor de duale master Advanced Nursing Practice heb je een werkplek nodig die aan de opleidingseisen voldoet. Zo moet er een erkende praktijkopleider en een medisch mentor zijn die je begeleiden. Ook moet er voldoende ruimte zijn om de Entrustable Professional Activities, (afgekort EPA’s) aan te leren van het specialisme waarbinnen je opgeleid wordt. Eventueel kun je hier een aanvullende stage voor doen.

In Nederland zijn er twee vormen van collegegeld: het wettelijke collegegeld (lager tarief) en het instellingscollegegeld (hoger tarief). In welke categorie je valt, is afhankelijk van je persoonlijke situatie. Met de handige collegegeldmeter van Hogeschool Utrecht zie je binnen enkele minuten welk tarief voor jou geldt. Voor boeken en andere lesmaterialen ben je elk jaar ongeveer € 1000 kwijt. De kosten voor een internationale oriëntatie op het vakgebied zijn minimaal, ongeveer € 2000,- (voor de studiereis en of deze mogelijk is). Er is een tegemoetkoming voor de internationale oriëntatie/stage, zie hiervoor de eenmalige stagevergoeding in oktober-december van het tweede studiejaar in de informatiebrochure zorginstellingen.
De kosten voor de catering per lesdag op locatie bedragen in studiejaar 2023-2023 € 18,00.

De opleiding is bekostigd, en valt onder de categorie wettelijk collegegeld (lager tarief). Er zijn uitzonderingen waarvoor het instellingtarief geldt (hoger tarief), zie pagina Aanmelden.

Deze opleiding is geaccrediteerd door de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO)externe link.

Mentorenbijeenkomst

Dinsdag 1 oktober 2024

Diplomering

  • GGZ: dinsdag 17 september 2024
  • AGZ: vrijdag 20 september 2024

In de studiegids vind je alle belangrijke informatie over jouw opleiding op een rijtje. Behalve lesprogramma’s en studieonderdelen, staan ook alle belangrijke regelingen en afspraken in de gids.

Master Advanced Nursing Practice, Foodcourt Padualaan 101

Interesse in de opleiding Master advanced nursing practice (MANP)?