Mediation in strafrecht: hoe de HU een beroep helpt ontwikkelen

Mediation in strafzaken, een vorm van herstelrecht, biedt slachtoffers de mogelijkheid om - begeleid door een mediator – verdachten te confronteren met de gevolgen van hun misdrijf. Verdachten krijgen de mogelijkheid om te herstellen wat zij hebben misdaan. Minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker heeft onlangs de Tweede Kamer voorgesteld meer bekendheid te gaan geven aan de mogelijkheden van herstelrecht. Ook wil hij de kwaliteit verbeteren. De minister baseerde zich hierbij onder andere op onderzoek van de HU. Marion Uitslag, betrokken HU-onderzoeker én strafrechtmediator: “Met behulp van mediation in strafzaken krijgen de hoofdrolspeler – slachtoffer en verdachte – weer een stem.”

Mediation in strafzaken wordt pas sinds 2017 landelijk toegepast. Wat is er nodig om deze vorm van mediation te laten slagen? Marion Uitslag: “De toegevoegde waarde van een mediation-traject lopende een strafrechtelijke procedure wordt mede bepaald door de kwaliteit van de mediators. Daarom besloten wij onderzoek te doen naar de kwaliteitseisen voor strafrechtmediators.”

Wat voegt mediation precies toe aan het strafrecht?

"De hoofdrolspelers – slachtoffer en verdachte – zijn langzaamaan uit de strafzaak verdwenen. De officier van justitie treedt op namens het slachtoffer en de advocaat praat namens de verdachte. Slachtoffers hebben tegenwoordig wel spreekrecht, maar dat is wat anders dan in gesprek gaan met de verdachte. Zo zitten slachtoffers vaak met vragen waarop alleen de verdachte antwoord kan geven: Waarom heb je het gedaan? Waarom stopte je niet toen ik dat vroeg? Bij mediation in strafzaken kan dit worden besproken. Uiteindelijk stelt de mediator, met instemming van de betrokkenen, een slotovereenkomst op, waaraan zij zich moeten houden. Hierin kunnen andere afspraken worden gemaakt dan in het strafrecht, bijvoorbeeld over omgangsvormen. Groet je elkaar op straat? Negeer je elkaar? Maar ook afspraken om iets ‘goed te maken’: verdachte en slachtoffer organiseren bijvoorbeeld samen een vriendschappelijke wedstrijd voor hun voetbalteams, omdat het in een voetbalwedstrijd tussen hen beiden uit de hand was gelopen. Bij de zaken die wij zien, gaat het vaak om mensen die elkaar kennen. Maar het kan ook zijn dat verdachte en slachtoffer elkaar niet kennen maar dat het slachtoffer bijvoorbeeld angstig is sinds het delict en daarom het gesprek wil. Mediation in strafzaken biedt zo, vrij snel nadat het strafbare feit heeft plaatsgevonden, de mogelijkheid tot herstel."

Minister Dekker wil met betere informatievoorziening meer bekendheid geven aan het herstelrecht. Tegelijkertijd wil hij de kwaliteit verbeteren. Wat moet er beter?

"Veel mediators hebben voldoende kennis van de psychologische kant - wat heel belangrijk is - maar minder van het strafrechtelijke kader waarin de mediation plaatsvindt. Daar is nog wel wat te winnen, bijvoorbeeld over hoe je een slotovereenkomst moet opstellen. Wat erin beschreven is, moet duidelijk zijn maar er mag niet op de schuldvraag worden ingaan. Die slotovereenkomst is het enige dat de officier van justitie of rechter van het mediation-traject te zien krijgt. De kwaliteit hiervan is dus erg belangrijk, willen we van toegevoegde waarde zijn in het strafrecht.”

Het spreekrecht van slachtoffers is steeds verder uitgebreid. Strafrechter Frank Wieland, onder andere rechter in de zaak Holleeder, stelde onlangs in een interview met de Volkskrant dat de rechten voor slachtoffers te ver zijn doorgeschoten. Is mediation niet gewoon weer zo’n uitbreiding?

"Nee, spreekrecht is echt wat anders dan mediation. Bij mediation spreken slachtoffer en verdachte met elkáár. Je krijgt bijvoorbeeld de kans te zeggen: Heb je enig idee wat je hebt gedaan? Dat ik bang ben sinds jij in mijn huis bent geweest terwijl ik lag te slapen? Daarover gaan ze dan in gesprek. Voor een verdachte kan dit heel confronterend zijn. Het is mooi als het slachtoffer iets verlicht naar buiten gaat en de dader iets bezwaard, met meer verantwoordelijkheidsbesef. Spreekrecht tijdens het strafproces is een monoloog van het slachtoffer en wat de rechter daarmee kan of moet, is erg onduidelijk. De slotovereenkomst die aan het einde van een mediation in strafzaken wordt opgesteld, bevat daarentegen concrete afspraken tussen slachtoffer en verdachte. Hierin zijn vaak zaken geregeld die van invloed kunnen zijn op de afwikkeling van de strafzaak, zoals de afhandeling van de schade - of het verzoek van het slachtoffer om de verdachte niet verder te vervolgen."

Hebben de inzichten die de HU met het onderzoek heeft opgedaan, ook hun weg gevonden naar de beroepspraktijk? 

"Zeker! Dit onderzoek heeft een competentieprofiel opgeleverd, dat de basis zou kunnen vormen voor het opleidingsprofiel voor mediators in strafzaken. Zo’n profiel was er nog niet. Via een symposium, het onderzoeksrapport en door middel van het handboek Mediation in Strafzaken hebben we onze onderzoeksresultaten uitgedragen. Ze zijn met veel enthousiasme ontvangen. De vraag is nu: door wie en op welke wijze worden de in het onderzoek geformuleerde competenties van mediators in strafzaken geborgd? Dat vraagstuk zou de aanleiding kunnen vormen voor een volgend praktijkgericht onderzoek, waarin de HU opnieuw een bepalende rol zou kunnen spelen."

Marion Uitslag is docent bij het LLL-team van het Instituut voor Recht en werkzaam voor de HU-lectoraten Toegang tot het Recht en Werken in Justitieel Kader. Lees hier het onderzoek van de HU naar de kwaliteitseisen voor strafrechtmediators.

Foto: Het HU-onderzoeksteam. Onderste rij v.l.n.r.: Tanja van Mazijk (onderzoeker), Marion Uitslag (onderzoeker), Renate Giesing (ondersteuner). Bovenste rij v.l.n.r.: Marie- José Geenen (onderzoeker), Quirine Eijkman (lector Toegang tot het Recht), Majda Lamkaddem (projectleider) en Jacqueline Bosker (lector Werken in een gedwongen kader)

Deel dit artikel