Het CvB stelt zich voor (4): Gerard van Assem. “Je moet zorgen dat mensen elkaar weten te vinden”

gerard van assem
In de reeks ‘Het CvB stelt zich voor’ kon je al kennismaken met Wilma Scholte op Reimer en Eva Reuling. Ook was er een afscheidsinterview met Tineke Zweed. Met de komst van Gerard van Assem is het nieuwe College van Bestuur nu compleet. We vroegen de geboren Utrechter naar zijn achtergrond en drijfveren. “Als je ieders kwaliteiten tot hun recht kunt laten komen, wint het geheel.”

Officieel begon hij op één – vooruit, twee – januari bij de HU. Maar op de achtergrond draaide Gerard al wat langer mee, om de overgang zo soepel mogelijk te laten verlopen en de continuïteit van het College van Bestuur te waarborgen. Zo was hij al bij een CvB-heidag waar hij Tineke, zijn voorganger, ontmoette. De komende tijd hoopt hij veel mensen te ontmoeten en veel van de organisatie te leren. Bij deze introduceert hij zich graag alvast in de HU-gemeenschap.

Echt mijn stad

“Ik ben de jongste in een gezin van drie, met twee oudere broers. Ik werd geboren in 1965, in Utrecht, op Kanaleneiland. Het was toen een compleet nieuwe wijk, er was nog niets, behalve gras. Mijn lagere school en middelbare school – het Bonifatius College - doorliep ik in Utrecht. Vanaf mijn twaalfde woonden we in Nieuwegein.”

Na een tijdje in Rotterdam econometrie te hebben gestudeerd, keerde Gerard terug naar Utrecht. Inmiddels woont hij met zijn gezin al weer een aantal jaar in Bilthoven. Hij is dus eigenlijk altijd in de regio blijven wonen – maar had er nooit eerder zijn werk. “Terwijl Utrecht echt als ‘mijn stad’ voelt. Ik vind het dan ook geweldig om hier nu een rol te mogen vervullen waarin ik mij echt kan verhouden tot de stad; waarin ik kan helpen de stad te laten bloeien. Dat klinkt misschien wat groots – maar zo voelt het voor mij écht.”

Informatietechnologie

Gerard had dan ook best eerder in Utrecht willen werken, maar het kwam er gewoon niet van. Net als het pad van onze studenten werd zijn weg maar ten dele bepaald door bewuste keuzes. Onverwachte kansen, talenten en omstandigheden spelen net zo goed een rol. “Oorspronkelijk wilde ik bijvoorbeeld naar de toneelschool, in Maastricht. Dat lukte helaas niet en toen ben ik wat anders gaan doen. Samen met een vriend ben ik software gaan schrijven en dat liep heel goed. Ik bleek er talent voor te hebben. Eigenlijk ben ik zo per ongeluk de informatietechnologie ingerold.”

Nieuwsgierig

Per ongeluk of niet, de keuze zegt wel iets over hem, geeft hij toe. “Ik ben heel nieuwsgierig. Als ik iets niet snap of kan, stort ik mij daar volledig in. Als ik het dan onder de knie heb, leidt mijn nieuwsgierigheid mij weer naar iets anders. Zo is het eigenlijk ook met de IT gegaan. Ik vond het mooi dat Tineke het in haar afscheidsinterview over nieuwsgierigheid had. Ze zei: blijf nieuwsgierig naar de HU-gemeenschap. Dat past dus wel bij mij.” 

“Ik werd in mijn tijd in de IT nieuwsgieriger naar het menselijke aspect van organisaties. Daarom ben ik steeds meer de consulting-hoek in gegaan. Uiteindelijk ben ik voor mijzelf begonnen, met een eigen consultancy-onderneming die uitgroeide tot zo’n tien man. Ik heb toen wel ervaren: ondernemerschap is een real life MBA - Master of Business Administration. Als ondernemer maak je alles mee: financiering, HR, de commercie, verzekeringen - je moet echt van alle markten thuis zijn.”

Maximaal versterken

Zijn consultancy-bedrijf richtte zich op organisatie- en strategieontwikkeling. “Daar lag mijn nieuwsgierigheid. Ik ben hier ook weer voor gaan leren. Rond mijn veertigste heb ik mijn bedrijfskunde-master gehaald, met als afstudeerrichting Strategisch Management en als hoofdvak Financieel Management. Ik ben altijd door blijven leren – het idee van een leven lang ontwikkelen is wel aan mij besteed.”

“Ik ben graag zowel bezig met de gedragskant van een organisatie – wat motiveert mensen – als met de hardere kant van bedrijfsvoering. Die twee hebben natuurlijk alles met elkaar te maken. Wat maakt dat mensen vanuit hun eigen motivatie het gedrag vertonen dat een organisatie verder helpt? Ik zie het ook als een van de uitdagingen op de HU. Wat moeten wij met elkaar doen om te zorgen dat collega’s maximaal plezier hebben in hun werk en elkaar maximaal versterken, vanuit een gedeelde visie.”

Belofte ingelost

“Ik heb jarenlang veel op interim-basis gewerkt”, vertelt Gerard. “Je bouwt dan steeds weer een relatie met mensen op en als het werk gedaan is, ga je weg en verwatert die relatie onherroepelijk. Dat begon mij tegen te staan. Toen ik tegen de vijftig aan liep, dacht ik: hoe zorg ik ervoor dat ik de komende twintig jaar leuk werk heb? Ik kwam uit op twee dingen. Ik wilde aan de slag als toezichthouder en mij meerjarig verbinden aan een organisatie in het publieke domein.” Zo kwam hij uit bij de Hogeschool Rotterdam en daarna bij de Radboud Universiteit, waar hij sinds 2018 werkzaam was als secretaris/algemeen directeur. Nu, zeven jaar later, maakt hij dus de overstap naar Hogeschool Utrecht. Niet alleen uit nieuwsgierigheid – net als een hogeschool is een universiteit complex en divers genoeg om heel lang nieuwsgierig te kunnen blijven. Deze keer speelde ook de locatie een rol. Lachend: “Ik beloof mijn vrouw, Ellen, al twintig jaar dat ik eens dichter bij huis ga werken. Dat is nu dan eindelijk gelukt – met de fiets is het zo’n zes kilometer.”

Wars van wij-zij

Een overeenkomst die hij ziet tussen universiteit en hogeschool, is de behoefte aan een sterke verbinding tussen onderwijs, onderzoek en dienstverlening. “Ik vind dat een goed streven. Ik ben wars van het wij-zij-denken. Je moet werken vanuit de gedachte dat iedereen in de instelling – dus mensen van onderwijs, onderzoek en ondersteuning – nodig is en een zinvolle bijdrage heeft te leveren aan een gedeeld doel.” 

“Naarmate je meer begrip hebt voor elkaars werk, ben je beter in staat elkaar aan te vullen en samen te floreren. Begrip voor elkaars werk betekent overigens niet dat mensen hetzelfde leuk moeten gaan vinden of dezelfde dingen moeten gaan doen. Ik zeg wel eens gekscherend: als de mensen van de marketing gaan lijken op de mensen van de boekhouding, heb je een probleem. Iedereen heeft zijn eigen kenmerken, elk vak heeft zijn eigen kenmerken. Die moet je in stand houden en koesteren. De verschillen tussen mensen zijn van meerwaarde, ze maken je organisatie krachtiger. Tegelijk moet je ervoor zorgen dat er een brug is tussen die verschillen, dat mensen elkaar weten te vinden. Als je ieders kwaliteiten tot hun recht kunt laten komen, wint het geheel, dan wint de organisatie. Daar heb ik mij hard voor gemaakt in Nijmegen en daar wil ik me ook bij de HU voor inzetten.”

Eerst luisteren

De eerste stap daartoe is: luisteren, stelt Gerard. “Het is belangrijk eerst de organisatie en de mensen te leren kennen. Waar komt de organisatie vandaan? Hoe zijn processen tot stand gekomen? Vanuit het verleden kan je beter begrijpen waarom dingen op een bepaalde manier functioneren. Dat is het vertrekpunt en daar ga ik mij de komende tijd op richten. We hebben een goede klik in het college, we vullen elkaar volgens mij goed aan. Er is veel energie en ik heb zin om iedereen te gaan ontmoeten. Dus nodig mij gerust uit!”

Lees ook: 

Het CvB stelt zich voor (1): Wilma Scholte op Reimer. “Ik ben een hbo’er in hart en nieren”
Het CvB stelt zich voor (2): Eva Reuling. “Werken voor de HU vind ik een wereldbaan”
Het CvB (3), Tineke Zweed: “Wees trots, we hebben zoveel goud in handen”

Deel dit artikel