Jungmann: "Zet economische zelfredzaamheid centraal in schuldhulpverlening"

De traditionele begeleiding bij armoede blijkt weinig effectief bij gezinnen. EMPath in Boston ontwikkelde een nieuwe manier van begeleiden, via Mobility Mentoring, en boekt in de Verenigde Staten robuuste resultaten. Dankzij het programma ‘Vakkundig aan het werk’van ZonMw maakte Nadja Jungmann, lector Schulden en Incasso bij Hogeschool Utrecht, een studiereis om uit de eerste hand te leren hoe de aanpak in elkaar steekt. Ook onderzoekt ze of de interventie toepasbaar is binnen de context van de Nederlandse dienstverlening rondom armoede en schulden. Met Platform31 deelt ze haar ervaringen.

 Boston in de VS is een nieuwe interventie voor de aanpak van schulden en armoede ontwikkeld. Waarin verschilt deze aanpak met de gangbare praktijk in Nederland? 
“Het belangrijkste verschil is dat de dienstverlening daar is ingericht op basis van inzichten uit de hersenwetenschap. Het vertrekpunt is dat armoede en schulden verlammend werken op ons vermogen problemen op te lossen. En dat kinderen die in armoede opgroeien op latere leeftijd vaak niet goed in staat zijn om doelen en prioriteiten te stellen, strategieën te ontwikkelen om die doelen te bereiken en door te zetten als het tegen zit. Met andere woorden: de zogenoemde executieve functies zijn doorgaans minder goed ontwikkeld.”

Wat doen ze in Boston concreet anders dan in Nederland?
“Om te beginnen kijken de Amerikanen welk inkomen gezinnen minimaal nodig hebben om geen geldstress meer te hebben. Re-integratie is daar dus niet primair gericht op het vinden van betaald werk, maar op het vinden van betaald werk dat voldoende oplevert om ervan rond te komen. Om dat doel te bereiken is het voor veel gezinnen nodig om ook te werken aan zaken als betaalbare huisvesting, stabiele zorg voor kinderen, voldoende opleiding en een goede gezondheid. In het besef dat al deze pijlers een randvoorwaarde vormen voor duurzame economische zelfredzaamheid, ondersteunen de mobility mentors de gezinnen bij het maken van een samenhangend plan. Ze delen dit plan op in tal van subdoelen, zoals het regelen van kinderopvang, het in kaart brengen van de schuldeisers of actief aan de slag gaan met afvallen. Voor elk subdoel wordt een zogeheten goal-actionplan opgesteld. Dit is een vrij gedetailleerd stappenplan dat de deelnemer houvast biedt bij het realiseren van het subdoel. Daaraan koppelt de mobility mentor bij aanvang al een concrete beloning in de vorm van geld of een boodschappenkaart. De ervaringen in Boston laten zien dat dit mensen helpt om in beweging te komen. Diverse onderzoeken naar de interventie laten zien dat de focus op economische zelfredzaamheid, het integrale plan dat is opgedeeld in concrete subdoelen en de beloningen eraan bijdragen dat mensen sneller in beweging komen en dat de kosten die met de beloningen gemoeid zijn ruimschoots worden terugverdiend.”

Deze zomer bent u met experts afgereisd naar Boston om uit eerste hand te leren hoe de aanpak in elkaar zit en werkt in de praktijk. Wat zijn uw ervaringen? 
“We hebben onder meer uitgebreid gesproken met een aantal klanten. Wat ons in die gesprekken vooral opviel was dat zij dankzij de ondersteuning van de mobility mentors echt inzicht kregen in de wijze waarop stress hun functioneren beïnvloedt. Door met hen te bespreken dat je door stress minder goed onthoudt, dat je door langdurige stress meer moeite hebt om doelen na te streven en het overzicht verliest, werden ze ontvankelijker voor de concrete ondersteuning. De mobility mentors nemen niets over. Een klant moet bijvoorbeeld zelf de voucher voor de kinderopvang aanvragen. Maar de mobility mentor biedt wel actieve ondersteuning bij het bereiken van doelen. Denk aan het echt opdelen van activiteiten in kleine stappen, zoals tijd vrij maken in je agenda of surfen naar een bepaalde website. Ook sturen de mobility mentors sms’jes en onderhouden op andere manieren het contact. Wat op ons de grootste indruk maakte, is dat ze in staat zijn om moeilijke doelgroepen, zoals jonge moeders en dak- en thuislozen, te bereiken en naar economische zelfstandigheid weten te coachen. Niet alleen de resultaten waren indrukwekkend, ook de wijze waarop ze tot stand kwamen. Zo worden geslaagde trajecten bijvoorbeeld echt gevierd en hangen de succesverhalen van klanten in de gangen van de publieksruimte.”

Hoe kan Mobility Mentoring worden vertaald naar het Nederlandse sociaal domein? Welke aanpassingen zouden nodig zijn? 
“Om te beginnen is het belangrijk om economische zelfredzaamheid ook in Nederland als centraal doel te stellen. Dit vraagt onder meer dat we bij re-integratie geen afscheid nemen als mensen betaald werk vinden, maar pas als ze voldoende inkomen verdienen om hun geldzorgen achter zich te laten. Daarnaast is het cruciaal dat onze sociale professionals een groter bewustzijn ontwikkelen ten aanzien van de impact van stress op gedrag en dat zij daar in hun begeleiding op aansluiten. Het vraagt onder meer dat we het adagium van eigen verantwoordelijkheid nog een keer tegen het licht houden. We hebben met de Verenigde Staten gemeen dat we niet meer al het werk voor onze klanten willen verrichten. Maar daar waar wij hen vooral aanspreken op hun verantwoordelijkheden. Kiezen ze er In de Verenigde Staten juist voor om mensen te ondersteunen om in actie te komen en zo hun eigen doelen te realiseren.”

In hoeverre is deze nieuwe interventie toepasbaar bij verschillende doelgroepen (GGz, LVB)?
“De ervaring in de Verenigde Staten leert dat ze deze interventie ook succesvol bij deze doelgroepen inzetten. Onze indruk is dat dit is toe te schrijven aan het gegeven dat ze nadrukkelijk aansluiten op de mate waarin de executieve functies van de klanten zijn ontwikkeld. En dat ze bij laag ontwikkelde executieve functies meer ondersteuning bieden.”

Congres

Eind 2016 levert Nadja Jungmann in opdracht van ZonMw een handreiking op die bestaat uit een praktische vertaling en een theoretische onderbouwing voor Mobility Mentoring, alsmede een vertaling van de beschikbare instrumenten en een eendaagse training. Op 10 november 2016 organiseert Platform31 een congres over dit thema. 

 

Deel dit artikel